International Engine of the Year: 2.0 TFSI van Audi wint in zijn categorie
Woensdag 22 mei 2019
- Groot succes voor Audi in de belangrijke categorie voor motoren van 150 tot 250 pk
- Hans-Joachim Rothenpieler, lid van de raad van bestuur bij Audi AG en verantwoordelijk voor technische ontwikkeling: “De veelzijdige 2.0 TFSI is een krachtbron die we ook gebruiken als hybride en als cng-motor.”
- Vijftiende categoriezege op rij voor een TFSI-motor van Audi
Volgens de jury is de viercilindermotor “een van de meest flexibele en veelzijdige motoren die ooit werd ontwikkeld. Hij kan het, kortweg, allemaal.” Hans-Joachim Rothenpieler, lid van de raad van bestuur van Audi AG en verantwoordelijk voor technische ontwikkeling, verduidelijkt de troeven van de krachtbron: “Wij zijn erg opgetogen dat we deze prijs in ontvangst mogen nemen, want het is een erkenning voor de veelzijdigheid van de 2.0 TFSI. We gebruiken hem niet enkel puur als benzinemotor, maar ook als plug-inhybride en als motor op aardgas en Audi e-gas.”
Rothenpieler is bijzonder trots op het recordaantal successen van de TFSI-technologie. Het hoofd van Audi Technical Devolopment blikt terug: “In 2004 hebben we de eerste TFSI op de markt gebracht. Sindsdien hebben we ieder jaar met een TFSI-motor een categoriezege geboekt. Tussen 2005 en 2009 won Audi de tweelitercategorie met de 2.0 TFSI en tussen 2010 en 2018 won het merk telkens in de hogere categorie met de vijfcilinder 2.5 TFSI. Met de omschakeling van een verdeling op basis van vermogen in plaats van cilinderinhoud in 2019 staat de tweeliter viercilindermotor weer op het bovenste podiumtrapje.
De afkorting TFSI duidt op drukvoeding via een turbocompressor en directe injectie en Audi was in 2004 de eerste autobouwer om deze combinatie in massa te produceren. Het merk startte nadien met zijn downsizing-strategie waarbij cilinderinhoud werd ingeruild voor drukvoeding en met als eerste telg de 2.0 TFSI voor de A3 Sportback. Een nieuwe motorgeneratie volgde in 2007. De motor die intern de code EA 888 meekreeg (EA staat voor Entwicklungsauftrag ofwel ontwikkelingsopdracht), was bestemd voor een wereldwijde distributie. Hij rolde van de band in de Hongaarse fabriek in Győr, in het Chinese Dalian en op andere locaties.
De ‘engine of the world’ is geschikt voor overlangse montage in grotere Audi-modellen maar hij kan ook overdwars worden opgesteld, zoals dat het geval is bij andere merken uit de groep als Volkswagen, ŠKODA en SEAT. Over de jaren heen werd de motortechnologie telkens weer geüpdatet met nieuwe oplossingen. In de meest recente uitvoering pakt de viercilindermotor uit met een speciale efficiëntietechnologie van bij Audi. Het gaat om de zogeheten B-cyclus, het verbrandingsproces dat specifiek werd uitgetekend voor de vaakst voorkomende werkingsmodus: de gedeeltelijke belasting. Met een aniticiperende rijstijl haalt de 2.0 TFSI de efficiëntie van een kleinere motor terwijl hij tegen een sportiever tempo de rijdynamiek van een grote motor biedt.
Momenteel is de 2.0 TFSI beschikbaar in verschillende Audi-modellen uit tien productlijnen. Zijn vermogensspectrum reikt tot 180 kW (245 pk). En het succesverhaal is nog niet ten einde want op het autosalon van Genève 2019 stelde Audi de Q5 voor in een plug-inhybride-uitvoering waar de 2.0 TFSI gecombineerd wordt met een krachtige elektromotor. Verder wordt deze viercilindermotor ook gebruikt in de middelgrote g-tronmodellen. Die maken gebruik van aardgas (cng) of Audi e-gas, een brandstoftype dat Audi volgens een duurzaam proces in grote hoeveelheden zelf vervaardigt.
